Financiële begroting

1. Financiële beschouwingen

Hieronder volgt een toelichting op de technische verschillen tussen de gepresenteerde meerjarensaldi uit de begroting 2025 en de perspectiefnota 2025. De opgenomen verschillen geven een beeld van de effecten als gevolg van de kaders uit de perspectiefnota 2025 waarmee de begroting 2025 is opgebouwd en zijn daarnaast gevolgtrekkingen van het zo goed mogelijk reëel ramen van verwachte uitgaven en inkomsten vanaf 2025. Geconstateerde effecten worden los van elkaar gepresenteerd, maar moeten ook in samenhang met elkaar gezien worden. Het effect van de prijscompensatie volgens de kaders 2025 geldt bijvoorbeeld voor alle prijsgevoelige uitgaven in de begroting. Deze worden elders in de begroting voor enkele taakvelden weer verrekend, doordat er bijvoorbeeld tarieven tegenover staan (afvalverwerking en riolering).

Personeel
De afwijking op de salarislasten is voornamelijk een gevolg van reguliere actualisatie van de nieuwe personeelsbegroting. Alle jaren laten een nadeel zien. In de eerste plaats komt dit vooral doordat in de meerjarenbegroting 2024 werd uitgegaan van een inflatiecorrectie voor alle jaren van 2%. In de kaders voor 2025 is de verwachte correctie voor alle jaren bijgesteld naar 2,5%. Daarnaast is de negatieve afwijking een gevolg van periodieken en functieherwaarderingen. De structurele cao-effecten uit de eerste trimesterrapportage 2024 zijn al verwerkt in het saldo van de perspectiefnota 2025 en komen daarom niet opnieuw terug in deze verschillenanalyse.

  Prijscompensatie
In de meerjarenbegroting 2024 werd uitgegaan van een inflatiecorrectie voor alle jaren van 3%. In de kaders voor 2025 is de verwachte correctie voor 2025 gehandhaafd op 3% en voor de jaren daarna bijgesteld van 3% naar 2,5%. De afwijking in 2025 is een gevolg van alleen de nieuwe budgetten uit de aanbieding van de begroting 2024, die voor de eerste keer worden geïndexeerd met 2,5%,

Gas en elektra
Als gevolg van gedaalde prijzen voor gas en stroom maken we minder kosten voor gas en elektra.

Sociaal domein
Het resultaat van de begroting sociaal domein wordt vanaf de begroting 2024 niet meer verwerkt via de reserve sociaal domein. Dit betekent dat een overschot op het sociaal domein ten gunste komt van het begrotingssaldo en een tekort een negatief effect heeft op het begrotingssaldo. Ten opzichte van de meerjarenbegroting 2024 berekenen wij in het begrotingsjaar 2025 een nadeel van € 38.000, terwijl in de drie opvolgende begrotingsjaren wij een voordeel berekenen van respectievelijk € 260.000, € 661.000 en € 1.885.000. Een toelichting hierop is hieronder opgenomen.

De afgelopen jaren hebben we jaarlijks circa € 1 miljoen overgehouden aan ‘beschermd wonen’. Het rijk gaat dit budget aanzienlijk korten zodra de nieuwe wetgeving in werktreding. Aangezien de inwerkingtreding steeds wordt uitgesteld hebben we het overschot van € 1 miljoen meerjarig begroot. Zodra de nieuwe wetgeving in werking treedt is het de verwachting dat dit overschot komt te vervallen.
Gelet op de verdere vergrijzing verwachten we dat de kosten voor individuele maatwerkvoorzieningen zullen blijven oplopen als de wet- en regelgeving ongewijzigd blijft. Daarom worden mogelijke alternatieve oplossingen onderzocht in plaats van het verstrekken van maatwerkvoorzieningen.

Jeugdwet
In het kader van de Hervormingsagenda Jeugd heeft Noordenveld ontvangt (heeft ontvangen) circa € 7,5 miljoen. Hiervan wordt ongeveer € 1,8 miljoen ingezet tot en met 2027 om te kunnen voldoen aan de doelstellingen van de Hervormingsagenda Jeugd. Deze investeringen moeten onder andere leiden tot structureel lagere kosten. Dat is ook de reden dat we vanaf 2026 een besparing hebben begroot van € 300.000 oplopend naar een structurele besparing van € 600.000 per jaar vanaf 2028.

Participatiewet
De kosten voor de Wsw laten een dalende trend zien, doordat instroom in de Wsw is gestopt en inwoners met een Wsw-dienstverband geleidelijk uitstromen. Daar staat tegenover dat de kosten van Nieuw Beschut Werk toenemen, doordat het aantal inwoners met een Nieuw Beschut Werk-dienstverband groeit. Nieuw Beschut Werk is een voorziening vanuit de Participatiewet voor inwoners die in een beschermde werkomgeving kunnen werken.

Bij BUIG/BBZ verwachten we dat de inkomsten vanuit het rijk volledig de uitgaven dekken. Binnen re-integratie worden geen hogere kosten verwacht ten opzichte van voorgaande jaren.

Overige
De subsidie voor de Beweegdorpen is verhoogd met € 40.000.

Investeringen
De jaarlijkse kapitaallasten zijn, op basis van de al vastgestelde investeringsbudgetten en de in de afgelopen meerjarenbegrotingen vanaf 2025 aangekondigde investeringen, in de begroting geactualiseerd. In de begroting 2024 hebben wij voor 2025 (en opvolgende jaren) een voorspelling opgenomen van investeringen die op dat moment volledig zijn afgeschreven. Hiertegenover staat een lager bedrag aan nieuwe (vervangings-)investeringen, waardoor vooral in het begrotingsjaar 2025 ruimte is ontstaan.

Grondexploitaties
De verschillen in de verwachte uitgaven en inkomsten bij de grondexploitaties, inclusief uren van het personeel en het doorbelasten van de rente, wordt geneutraliseerd in de begroting door het opnemen van een raming van een verlaging of een verhoging van de toekomstige boekwaarde van een grondexploitatie. Per saldo leidt dit voor alle jaren tot een voordeel.

Afvalverwerking en riolering
De inkomsten en uitgaven voor afvalverwerking en riolering zijn voor alle jaren in de begroting in evenwicht. Na het verwerken van de kaders uit de perspectiefnota 2025, de kapitaallasten en de doorbelaste uren van personeel zorgen begrote onttrekkingen uit de voorzieningen afvalverwerking en riolering voor evenwicht binnen de begroting van beide onderdelen. Het opgenomen voordeel in de verschillenanalyse laat het effect zien op het startsaldo dat na de inzet van beide voorzieningen optreedt.

Onderhoud gebouwen
De ramingen groot onderhoud gebouwen zijn geactualiseerd

Duurzaamheid
Gemeenten mogen het bedrag wat zij in 2023 ontvangen voor de klimaat- en energiegelden opnemen als structurele inkomst in de begroting 2025 voor de jaren 2025 tot en met 2028. In de begroting zijn hier uren van het eigen personeel tegenover gezet. Dit komt ten gunste van het begrotingssaldo. Het grote verschil in 2028 is het resultaat van een gewijzigde raming uit de meerjarenbegroting 2024.

Belastingen en verzekeringen
De verwachte belastingaanslagen voor de gemeentelijke eigendommen en verzekeringspremies voor 2025 zijn geactualiseerd en de budgetten zijn hierop aangepast.

2e trimesterrapportage 2024
De structurele effecten uit de 2e trimesterrapportage 2024 zijn verwerkt in het startsaldo van de begroting 2025.

Deze pagina is gebouwd op 10/17/2024 10:16:12 met de export van 10/17/2024 08:19:59